Het beeld is onscherp.
- Het onderwerp bevindt zich te dichtbij. Neem op vanaf de minimale opnameafstand (W-kant: ong. 5 cm; T-kant: ong. 200 cm) tussen de lens en het onderwerp.
- Druk de ontspanknop tot halverwege in en neem daarna de beelden op.
- Er is onvoldoende omgevingslicht.
- Het onderwerp dat u opneemt is niet geschikt voor automatisch scherpstellen. Neem op in de functie [Flexibel punt] of in de handmatige-scherpstelfunctie.