Geen geluid maar goede beeldkwaliteit.

• Controleer de volumeregeling.
• Druk op of op de knop + om de geluidsonderdrukking te annuleren.
• Stel [Speakers] in op [TV-speaker] in de instelling [Geluid]. Als deze optie is ingesteld op [Audiosysteem], voeren de tv-luidsprekers geen geluid uit, ongeacht de volumeregeling van de tv.
• Als de HDMI-ingang wordt gebruikt met Super Audio CD of DVD-Audio, worden er via DIGITAL AUDIO OUT (OPTICAL) mogelijk geen audiosignalen uitgevoerd.
• Controleer de instelling [Maximale Volume]. Als de bovenlimiet te laag is, is het geluid van de tv mogelijk niet hoorbaar.

Audioruis.

• Zorg ervoor dat de antenne met behulp van een coaxkabel van 75 ohm is aangesloten.
• Houd de kabel van de antenne uit de buurt van andere aansluitingskabels.
• Gebruik enkel een onbeschadigde antennekabel om tv-interferentie te voorkomen.

Geen of weinig geluid met een thuisbioscoopsysteem.

• Stel [Speakers] in op [Audiosysteem] in de instelling [Geluid].
• Stel [Audio uit] in op [Vast] in de instelling [Geluid].
• Wanneer u een analoge (RF) zender selecteert en het beeld correct wordt weergegeven, wijzig dan het tv-systeem. Druk op de HOME-knop en selecteer vervolgens [Instellingen] → [Analoge instellingen] → [Handmatig progr.] → [TV systeem]. (Beschikbaarheid van [Handmatig progr.] en de namen van de opties verschillen afhankelijk van uw regio/land/situatie.)

Gestoord geluid.

• Controleer de aansluiting van de antenne/kabel.
• Houd de antenne/kabel uit de buurt van andere aansluitingskabels.
• Houd de tv uit de buurt van elektrische ruisbronnen zoals auto's, haardrogers, WiFi-toestellen, mobiele telefoons of optische apparaten.
• Houd bij het installeren van een optioneel apparaat wat ruimte vrij tussen het apparaat en de tv.
• Voer [AFT] uit voor een betere analoge geluidsontvangst.
• Stel [Audiofilter] in op [Laag] of [Hoog] voor een betere analoge geluidsontvangst. ([Audiofilter] is mogelijk niet beschikbaar afhankelijk van uw regio/land.)